Gotiek: snelbouw voor god. Een artistieke revolutie (1 lezing)

De kunst van de middeleeuwen stond in het teken van het geloof en hielp de gelovigen te begrijpen, deelachtig te worden aan het mysterie van de heilsgeschiedenis. Hoewel de leer over de goddelijke waarheid angstvallig werd één gehouden, blijkt de middeleeuwse kunst geenszins uniform en onveranderlijk te zijn. Ze evolueerde vormelijk en iconografisch parallel met de maatschappelijke veranderingen. Een diverse maatschappij van drie standen, de oratores, bellatores en laboratores (clerus, adel en werkers). Aanvankelijk bepaalde alleen de eerste geleding het artistieke leven. Met de opkomst van de steden zal zelfs een deel van de laboratores, ambachten en patriciërs, voor opdrachten en inhoud van artistieke creaties verantwoordelijk zijn: de gotiek is geboren.

Haar bouwwerken getuigen van groot technologisch doorzicht en gedurfde inventiviteit en hebben belangrijke consequenties voor sculptuur en schilderkunst. De lezing wordt onder meer met de bouw van een maquette ondersteund.